Johann Christoph Bach
Fürchte dich nicht
Concert du 24 juillet 2014 en l'Eglise St Michel des Lions à Limoges dans le cadre du Festival 1001 notes.
Jeune Chœur du Limousin et Ensemble instrumental et vocal Chronochromie
Direction Jean-Michel Hasler.
Oefennummer: |
Fürchte dich nicht |
Bladmuziek: |
Fürchte dich nicht |
Johann Christoph Bach (Arnstadt, 8 december 1642 - Eisenach, 31 maart 1703) was de zoon van Heinrich Bach en de broer van Johann Michael Bach en verre bloedverwand van Johann Sebastiaan Bach. Hij is met Johann Sebastian Bach, Johann Christian Bach en Carl Philipp Emanuel Bach een van de beroemdste componisten uit de componistenfamilie Bach.
Hij was organist in Arnstadt, Eisenach en Ohrdruf. Een van zijn bekendste werken is de kantate "Meine Freundin du bist schön", gebaseerd op het Hooglied. Dit werk en diverse andere werken van de Bachfamilie zijn opgenomen in het "Altbachische Archiv", een verzameling die Johann Sebastian Bach samengesteld heeft. Dit archief is in 1999 herontdekt, nadat het jarenlang achter het IJzeren Gordijn verloren was gewaand.
Fürchte dich nicht
Het vijfstemmige motet “ Fürchte dich nicht” van Johann Christoph Bach kon nauwelijks meer verschillen van de latere achtdelige zetting van zijn jongere neef (BWV228): vol met Schütziaanse woordpatronen en het uitdraaien van prachtige polyfone lijnen. Johann Christoph kan inderdaad de ontbrekende schakel blijken te zijn tussen Schütz en J.S. Bach waar Duitse musicologen naar op zoek waren, als gevolg van zijn studie bij Fletin, een van de leerlingen van Schütz. Of alle stukken die aan hem zijn toegeschreven echt van hem zijn en niet van een van de vier andere Bachs met dezelfde naam (inclusief de oudste broer van J.S. Bach), moet nog door wetenschappers worden opgelost. Dit motet is 'direct of uiteindelijk afkomstig van Thüringer bronnen waarvan de context aantoonbaar Johann Christoph als hun componist suggereert, maar het niet garandeert', aldus Daniel Melamed. Kennis en directe ervaring met het uitvoeren van andere werken waarvan bekend is dat ze zijn gecomponeerd door J.C. Bach uit Eisenach, overtuigt bijna zeker dat dit indrukwekkende en ontroerende stuk inderdaad van hem is. Het combineert een gevierde tekst: 'Vrees niet: want ik heb u verlost, ik heb u bij uw naam genoemd; gij zijt van mij 'uit Jesaja (43: 1), met een passage uit het evangelie van de Lucas. (Lucas 23: 43): ‘Voorwaar, ik zeg u, vandaag zult u met mij in het paradijs zijn’. Na de eerste 38 maten die culmineren in tedere herhalingen van 'Du bist mein' door de vier lagere stemmen, komen de sopranen nu binnen met de woorden 'O Jesu, du mein Hilf und Ruh', de zesde strofe van Johann Rist's Kirchenlied ' O Traurigkeit '. Het effect is dramatisch en aangrijpend en de verandering van de persoonsvorm met het gebruik van 'du', is eerst een verwijzing naar de gelovige (de lagere vier stemmen als een collectieve Vox Domini), en dan naar Jezus (door de sopraan-gelovige).