JUDAS MACCABAEUS HWV 63
Oratorio in three acts / 3 Akten HWV 63
Libretto by Thomas Morell
Judas Maccabaeus: Alexander Young (tenor)
Israelitish Woman: Heather Harper (soprano)
Israelitish Man: Helen Watts (mezzo-soprano)
Simon, his Brother : John Shirley-Quirk (bass)
Patricia Clark, Jean Temperley English Chamber Orchestra,
Chorale Amor Artis, Wandsworth School Boys Choir Conducted by Johannes Somary
Oefennummers: |
Bladmuziek: |
Ontstaansgeschiedenis.
Het oratorium vertelt het verhaal van de Joodse vrijheidsstrijder Judas Maccabaeus.
Hij bevrijdt rond 160 voor Chr. zijn land van de overheersing door de Syrische koning Anthiochus IV Epiphanes.
Toen Antiochus IV Epiphanes in 168 v. Chr. beval het altaar van Baäl Hasjamaïm (het Syrische equivalent van Zeus) op te zetten in de Joodse tempel van Jeruzalem, leidde dit tot de furieuze opstand van de Joden tegen de Seleuciden. Judas Maccabaeus, de zoon van een priester, leidde de guerillastrijd en heroverde in 164 v. Chr. de tempel. Deze gebeurtenis wordt nog jaarlijks in het Chanouka (het Joodse feest van de lichtjes) herdacht.
In 160 v. Chr. sneuvelde Judas in een veldslag tegen de Seleucidische troepen. Zijn broer Simon wist, zo’n twee decennia na de dood van Antiochus IV, uiteindelijk onafhankelijkheid voor de Joodse staat te verkrijgen.
Händels muziek schildert de veranderende gemoedstoestand van het Joodse volk die, afhangend van het verloop van de strijd, wisselt tussen wanhoop en vreugde. Händel componeerde dit oratorium in 1747. Tijdens zijn leven is het werk maar liefst 54 keer uitgevoerd. Ook na zijn dood bleef het populair.
Het grote succes van Judas Maccabaeus is vooral te danken aan de politieke situatie van Engeland op dat moment.
In 1745 staat Engeland weer in rep en roer. Sinds het Hannoveraans huis de Engelse troon had bestegen, waren de Stuarts in vergetelheid geraakt. Zo dacht niemand meer aan prins Charles Edward Stuart die als banneling in Frankrijk leefde. In de zomer van 1745 pleegt de nieuwe katholieke troonpretendent een invasie in Schotland en begint aan een zegevierende opmars naar het zuiden en naar Londen. Het Engelse leger slaagt er in 1746 in de opstand neer te slaan en Charles Stuart te verjagen. Händel componeert dan het zogenaamde Occasional Oratorio (in feite een reeks van cantates en geen echt oratorium) om de “verwachte” overwinning op de Schotse opstandelingen te verjagen. Want het is pas op 16 april, dus na de première van het werk (14 februari) dat de Hertog van Cumberland erin zal slagen de Schotten te overwinnen in de slag bij Culloden Muir. Händel zet zich opnieuw aan het werk en Judas Maccabaeus wordt een huldiging van de Hertog van Cumberland, naar aanleiding van diens beslissende overwinning op de Schotse rebellen.
Beide libretto’s zijn van de hand van Thomas Morell. Voor Judas Maccabaeus baseerde Morell zich op de boeken Maccabeeën I, 1-8 en II, 5-15 uit de apocriefe boeken van de Bijbel.