Koorpartij-oefening

Koorpartij-Oefening
Koorpartij-oefening
Koorpartij-oefening
Koorpartij-oefening.nl
Ga naar de inhoud
G. F. Handel-Israel in Egypt.
The SCM Chamber Choir and SCM Early Music Ensemble conducted by Assoc. Professor Neil McEwan
Josie Ellem & Julie Paik (Sopranos)
Nyssa Milligan (Mezzo Soprano)
Robert Adam (Countertenor)
Evan Kirby (Tenor)
Tristan Entwistle & Timothy Nunn (Basses)
14 October, 2016 Verbrugghen Hall
Oefennummers:
Israel in Egypt HWV 54
Het oratorium
Op 4 april 1739 werd het oratorium Israel in Egypt voor het eerst in Londen uitgevoerd, maar door het publiek niet echt goed ontvangen. De voornaamste reden was dat het koor in dit oratorium een dominante rol speelt en het werk veel minder virtuoze aria's bevat dan op dat moment in bijvoorbeeld de populaire Italiaanse opera's gebruikelijk was. De solisten waren trouwens niet aan een bepaald personage gekoppeld, maar werden simpelweg met hun stemtype aangeduid. Na de dood van Handel was het juist het grote aandeel van het koor dat het werk zeer populair heeft gemaakt. Handel had een sterke neiging tot het theatrale, het grootse en het monumentale. In zijn oratoria komen zijn dramatische talenten sterker tot ontplooiing dan in zijn opera's. Hij paste een voor die tijd verregaande chromatiek toe en de polyfonie komt in deze werken tot grote bloei. De muziek van Handel wordt getypeerd als zangerig, schilderend, helder van melodie en ritme, steeds vol beweging en energie, rijk versierd, voornaam, en toch meeslepend. Zo vertolkt Handel als geen ander de grandeur van de barok. De Messiah wordt vaker uitgevoerd maar Israel in Egypt is volgens velen Handels meest sublieme en levendige oratorium - en is misschien wel het meest expressieve van alle oratoria. Oorspronkelijk telde het oratorium drie omvangrijke delen. Het eerste deel is een bewerking van The Funeral Anthem for Queen Caroline. Een prachtig werk, maar omdat het zo lang is en weinig toevoegt aan de dramatiek van het verhaal, wordt het oratorium tegenwoordig als tweedelig werk uitgevoerd, dus zonder deze lamentatie. Het oratorium start meteen met de tien plagen. Naast het in muzikale volzinnen schilderen van de door het koor gezongen woorden speelt het orkest een meer dan begeleidende rol. Zo versterken korte motieven het beeld van de springende kikkers en de zoemende vliegen, terwijl, nog voordat het koor over de sprinkhanen vertelt, de luisteraar ze in het orkest al hoort zoemen. De destructieve krachten van de elementen komen prachtig tot uiting in bijvoorbeeld He gave them hailstones for rain: begint de hagelbui met een paar kleine hagelstenen, het wordt een echte storm zodra het koor invalt. Karakteristiek en indrukwekkend is het langzame He sent a thick darkness. De duisternis is in dit deel zwaar en bijna voelbaar aanwezig. Meer dan de helft van de koorstukken zijn voor dubbelkoor geschreven. Vaak worden thema's door beide koren beurtelings gezongen om na enige tijd samen te smelten tot één krachtig geluid. Handel schrijft ook veelvuldig het gebruik van trombones en trompetten voor, terwijl fagotten een eigen partij krijgen toebedeeld. Niettemin wisselt Handel al deze overweldigende klanken steeds op het juiste moment af met rustige delen. Hij wist immers precies hoe belangrijk zoiets is voor de dramatische opbouw.  

Het verhaal
De uittocht van de Israëlieten uit Egypte onder aanvoering van Mozes is één van de bekendste en spannendste verhalen uit de Bijbel. Ooit waren deze Hebreeuwse stammen op uitnodiging van Jozef vrijwillig naar Egypte gekomen. Jozef, de ontvoerde zoon van Jacob, bekleedde destijds een hoge functie aan het hof van de farao. Toen na een machtswisseling op zekere dag de stammen te machtig waren geworden naar de zin van de nieuwe farao, ontnam hij hen hun rechten en stelde ze als dwangarbeiders te werk. Het eerste deel van het oratorium verhaalt van de tien plagen die het Egyptische volk worden aangedaan. Daarmee tracht men de farao te dwingen om de Israëlieten te laten gaan. Zo wordt de voor de Egyptenaren heilige Nijl in een rivier van bloed veranderd, waardoor het water niet langer drinkbaar is. Daarna volgt een invasie van enorme aantallen kikkers, luizen, en vliegen, terwijl wolken van sprinkhanen zich tegoed doen aan de gewassen op het veld. De Egyptenaren zelf en hun vee blijven evenmin gespaard, want ze worden door de pest getroffen en met zweren overdekt. Ook felle hagelbuien met bliksem en donder zaaien dood en verderf. Nadat het land enige dagen in een diepe duisternis is gehuld worden door de tiende plaag alle eerstgeborenen van zowel mens als dier gedood. De farao gaat uiteindelijk overstag en geeft de Israëlieten zelfs zilver en goud mee om hun vertrek te bespoedigen. Als het Israëlitische volk echter goed en wel op weg is komt de farao op zijn besluit terug en stuurt zijn leger achter hen aan. Maar het leger komt te laat, want een sterke wind heeft ondertussen de golven van de Rode Zee opgestuwd, zodat een pad op de bodem van de zee is ontstaan waarlangs de Israëlieten kunnen ontsnappen. Wanneer het leger hen achterna wil gaan, blijven de soldaten met paarden en strijdwagens in het rulle zand steken en worden ze allemaal verzwolgen door het terugstromende water. In het tweede deel van het oratorium, met de titel 'De lofzang van Mozes', wordt het verhaal van de uittocht uit Egypte en de ontsnapping over de bodem van de Rode Zee nogmaals verteld, maar nu in de vorm van een lofprijzing door Mozes en het volk van Israël.  

De componist
Georg Friedrich Handel (Halle an der Saale, 1685 - Londen, 1759) was een Engelse barokcomponist van Duitse afkomst. Hij schreef veel muziek-dramatische werken, waaronder 42 opera's en 29 oratoria. Verder veel kerkmuziek, serenades, odes, en instrumentele werken. Samen met Johann Sebastian Bach, die in hetzelfde jaar werd geboren, wordt Handel als een van de grootste componisten van zijn tijd gezien. Al vroeg openbaarde zich bij Handel belangstelling voor de muziek. Zijn vader, die barbier en chirurgijn was, verzette zich aanvankelijk tegen deze neiging. Naast zijn muziekopleiding bij Friedrich Zachau (organist in Halle) studeerde Handel rechten. Als 17-jarige genoot hij reeds grote faam als organist. In 1703 vertrok hij naar Hamburg, waar hij als tweede violist in het Theater am Gänsemarkt ging spelen. Van 1706 tot 1710 maakte Handel een reis door Italië om in 1710 hofkapelmeester in Hannover te worden. Aan het einde van dat jaar reisde hij voor het eerst naar Londen waar hij veel nieuwe muziek schreef. Bekend is de Water Music die Handel componeerde voor een pleziertochtje van koning George I op de Theems. De kapel maakte muziek, terwijl de bootjes met het tij meedreven. In 1727 werd Handel Engels staatsburger en ondernemer. Enkele opera's flopten echter gigantisch en winst bleef uit. Nadat ook een tweede onderneming was mislukt, startte Handel in 1734 een derde onderneming. Ditmaal eindelijk met meer succes! Helaas raakte hij in 1737 geestelijk en lichamelijk in de put. Zelfs zodanig dat velen twijfelden of hij ooit nog iets zou componeren. Handel reisde daarom naar het kuuroord Aken, zat urenlang in bad en verbaasde het kurende publiek met zijn orgelspel. Terug in Londen schreef Handel bijna uitsluitend Engelstalige oratoria, onder andere Saul en Israel in Egypt. Een van zijn bekendste oratoria is Messiah (1742) dat voor het eerst in Dublin werd uitgevoerd. Ter gelegenheid van de Vrede van Aken schreef Handel in 1748 de Music for the Royal Fireworks, bestemd voor de opvoering in het Green Park. Vanwege de 12.000 bezoekers raakten de toevoerwegen verstopt en vielen er drie doden. Ook bezweek een van de twaalf trompettisten aan de inspanning die hij de voorafgaande dag had geleverd. In 1750 reisde Handel voor de laatste keer naar Duitsland. In 1751, tijdens het schrijven van zijn laatste oratorium Jephta werd hij blind aan zijn linkeroog, waarna hij stopte met componeren. In 1752 lag hij onder het mes van een aantal chirurgen vanwege staar. In 1753 was Handel volkomen blind, maar bleef ondanks dit gebrek toch orgel spelen en dirigeren. Acht dagen na zijn laatste optreden in Covent Garden in Londen stierf hij en op 20 april 1759 werd Handel onder grote publieke belangstelling begraven in de Westminster Abbey. In het Handeljaar 2009 was het 250 jaar geleden dat Handel overleed. Het is opmerkelijk dat zijn muziek tegenwoordig nog net zo populair is als toen. In tegenstelling tot menig componist van klassieke muziek was Handel ook tijdens zijn leven reeds een gerespecteerd, internationaal befaamd componist, en een vermogend man toen hij stierf.
Terug naar de inhoud