Koorpartij-oefening

Koorpartij-Oefening
Koorpartij-oefening
Koorpartij-oefening
Koorpartij-oefening.nl
Ga naar de inhoud
J. Haydn - Hob XXII:8 - Missa Cellensis in C major
Performers: Susan Gritton, soprano; Louise Winter, alto; Mark Padmore, tenor; Stephen Varcoe, bass; Collegium Musicum 90 conducted by Richard Hickox.
Oefennummers.   
Bladmuziek:
Toelichting:
De Missa cellensis (letterlijk 'Mis voor Zell', waarbij "Zell" staat voor Mariazell) verwijst naar twee missen van Joseph Haydn:

Cecil-mis (St. Cecilia-mis), Hob. XXII:5, geschreven in 1766, en opnieuw uit het hoofd samengesteld in 1773, nadat de partituur door een brand verloren was gegaan.
Mariazellermis (mis voor Mariazell), Hob. XXII:8, gecomponeerd in
Beide missen zijn in C majeur en beide zijn geschreven voor de Mariazell-pelgrimskerk in Stiermarken.

Cacilien-Messe, Hob. XXII: 5 (1766; 1773)
Zie ook: Mis ter ere van de Heilige Maagd Maria
De Missa cellensis, Hob. XXII:5, met de volledige titel Missa cellensis in honorem Beatissimae Virginis Mariae (Zell-mis ter ere van de Allerheiligste Maagd Maria), ook bekend als de Cäcilien-mis, werd gecomponeerd voor Mariazell. Nadat de oorspronkelijke partituur uit 1766 bij een brand verloren was gegaan, componeerde Haydn het werk in 1773 uit zijn geheugen opnieuw, waarna hij het waarschijnlijk ook uitbreidde.

Mariazeller-Messe, Hob. XXII:8 (1782)
De Missa cellensis, Hob. XXII:8, volledig Missa cellensis fatta per il Signor Liebe de Kreutzner (Zell-mis gemaakt voor Sir Liebe van Kreutzner), is Haydns achtste zetting van de Ordinaris van de Mis en wordt vaak aangeduid met de Duitse naam Mariazeller-Messe. Het werd gebouwd in opdracht van officier Anton Liebe von Kreutzner ter gelegenheid van zijn veredeling. De mis werd in 1782 gecomponeerd voor uitvoering in Mariazell.

Structuur
Vergeleken met de late missen van Haydn is de structuur van Hob. XXII:8 is tamelijk traditioneel: fuga's aan het einde van Gloria, Credo en Agnus Dei, solopassages in Gloria and Credo, en een solistische Benedictus. Aan de andere kant heeft Haydn veel vernieuwingen doorgevoerd, zoals de langzame symfonische introductie aan het begin van het Kyrie, waarbij de zetting is opgebouwd op de lage stemmen van koor en orkest. De fuga's zijn zeer ritmisch en gesyncopeerd, en de solopassages ogen zeer theatraal. Deze Mis kan daarom worden beschouwd als een schakel tussen Haydns vroege en late missen.

Terug naar de inhoud