25 Scottish Songs, Op. 108 - No. 9, Behold My Love How Green the Groves ·
Edith Mathis · Dietrich Fischer-Dieskau · Andreas Roehn · Georg Donderer · Karl Engel · Ludwig van Beethoven
Oefennummer |
Bladmuziek |
Toelichting
25 Scottish Songs (of voluit Twenty-five Scottish songs: for voice, mixed chorus, violin, violoncello and piano ) (Opus 108) is een klassieke muzikale bewerking die vanaf 1814 is geschreven door de Duitse componist en pianist Ludwig van Beethoven. Het werk werd in 1818 in Londen en Edinburgh gepubliceerd, enin 1822 in Berlijn.
'Het is niet mijn gewoonte om mijn werken te herzien, dat doe ik nooit. Dat u me op de hoogte stelt van de tekortkomingen van uw musicerende landgenoten, is uw zaak'. Aldus het antwoord per brief van Beethoven aan George Thomson te Edinburgh, een muziekliefhebber en verzamelaar van Britse volksliederen, de secretaris bovendien van de Schotse Board of Trustees for Encouragement of Art and Manufactures. Thomson had namelijk diverse bekende componisten van het vasteland benaderd om die melodieën opnieuw te arrangeren. Haydn, Hummel, Weber en nog zo een paar componisten gingen vlijtig met de opdracht aan de gang, maar bij Beethoven verliep de samenwerking behoorlijk anders. Eerst was er natuurlijk gedoe over de gage, vervolgens kwam de eerste zending melodieën van Thomson niet aan bij Beethoven en - nog erger - een flinke tijd later kwam de eerste reeks arrangementen van Beethoven weer niet aan bij Thomson. Aan de hand van zijn schetsen herschreef Beethoven alles, maar vervolgens klaagde Thomson dat de pianopartijen veel te moeilijk waren...
Toch hielden beide heren vol. Thomson wilde maar wat graag de naam van Beethoven verbinden aan het Schotse erfgoed en Beethoven had meer redenen dan alleen de verdienste om de klus door te zetten: zijn grote voorbeeld Haydn had ook arrangementen geleverd en bovendien was Beethoven enorm gecharmeerd van het muzikale materiaal waarmee hij kon werken. Een voor Beethoven irritant obstakel was dat hij alleen de titels met de melodieën kreeg en niet de originele teksten. Ook die werden namelijk herschreven, door belangwekkende schrijvers van die tijd, zoals Robert Burns en Walter Scott. Het moet voor de componist zonderling geweest zijn te moeten gissen naar het karakter en de inhoud van de teksten; meer dan de muziek volgooien met volkse elementen en een vlotte stijl hanteren die mijlenver verwijderd bleef van enige strenge vorm: dat kon hij niet doen. Dat de teksten uiteindelijk zo wonderwel passen is uniek te noemen.